​​
Actueel

Geef creatief mbo-talent een plek

Creatieve mbo-opleidingen kampen al decennia met een imagoprobleem. Niet onder studenten, wel in de arbeidsmarkt. Het aantal studenten dat zich aanmeldde voor creatieve opleidingen als styliste, audiovisueel specialist of mediavormgever nam in de afgelopen vijftien jaar met vijfenzestig procent toe. De kans op een baan groeide echter niet mee.

Opleiders hebben hun beleid hier flink op aangepast; er wordt scherper gelet op successen van alumni, het leven lang leren wordt aangemoedigd, het curriculum gemoderniseerd. Alles om jonge talenten de beste arbeidspositie te geven. Toch belandt bij menig ontwerpbureau het cv van een mbo-student onderop de stapel sollicitanten. Ingehaald door digital designers, developers, projectmanagers van het hbo of de universiteit. Ten onrechte, stelt de Creative Council, adviesorgaan voor de sector en het topteam Creatieve Industrie.

Dit opiniestuk is gebaseerd op de bijeenkomst van de Dutch Creative Council van 10 december 2019 bij het Mediacollege Amsterdam over de plek van het MBO in het ecosysteem, en de rol van creatief vakmanschap. Sprekers waren Matthijs Groos (art director), Sjoerd Vroonland (product designer), Frans Veringa (voorzitter CvB Hout en Meubileringscollege) en Marieke Gervers (practor RoCvA en oprichter van makers-community sQuare). Meer dan 50 deelnemers (onderwijs, overheid, ondernemers) hebben input geleverd in verschillende workshopsessies. Hun input is verwerkt in dit stuk.

Van keten naar zwerm

Er zijn potentieel 50.000 jonge makers die creatief bij kunnen dragen aan de vraagstukken van BV Nederland. De sector herkent deze mbo-talenten te weinig door een ingesleten denkpatroon. ‘Mensen plaatsen theorie boven praktijk, kennis boven vakmanschap, hoger boven lager onderwijs’, aldus reputatiedeskundige Paul Stamsnijder. Als de sector wil groeien, zo concludeert de Council, moet het frame van hoger en lager onderwijs plaats maken voor een frame van gelijkwaardigheid.

We moeten de sector gaan zien als een zwerm van creatieven. Een groep mensen met uiteenlopende achtergronden en talenten die elkaar continu beïnvloeden. Van conceptueel denkers met lange-termijnideeën tot streetsmart makers met concrete producten; als we die bij elkaar zetten, worden we innovatiever, sneller en komt er gewoon veel meer uit. Dus niet meer denken in een ouderwetse keten, waarbij de ambachtelijke makers helemaal aan het einde van de keten zitten, maar iteratief samenwerken in een zwerm.

Geïntegreerd werken

Succesverhalen als die van oud-mbo’ers Matthijs Groos (artdirector) en Sjoerd Vroonland (meubelontwerper) laten zien hoeveel impact de combinatie kennis en maakkracht kan opleveren. Groos won zes Cannes Lions met onder meer zijn werk voor Volkswagen. Vroonland is bekend om zijn meubels voor Linteloo, MOOOI en Revised. Zowel Groos als Vroonland benadrukken dat doen en denken niet te scheiden zijn en hoe belangrijk het is om te werken vanuit een bredere blik op de wereld.

Vroonland: ‘In mijn werk als ontwerper heb ik steeds meer kennis opgedaan en me ontwikkeld als ondernemer. De combinatie met mijn maakachtergrond maakt het verschil. Als een fabrikant zegt dat iets technisch onmogelijk is, leg ik mijn eigen proefmodel op tafel en bewijs dat het wél kan.’

Groos is blij met zijn tijd op het mbo, maar ook kritisch: ‘In mijn opleiding miste ik een soort van in- en uitzoomkunde. Wat is je plek in het grote geheel? Dat is misschien wat filosofischer, maar wel interessanter om mee te nemen in je werk. Pas tijdens mijn stage leerde ik door anderen om meer op deze manier te denken.’

Informeel leren

Het gat tussen het abstractere denken van het hbo en de universiteit en het concrete maken van het mbo is iets dat Marieke Gervers herkent. Als practor op het mbo en oprichter van sQuare - opgericht om creativiteit, kennisdeling en ondernemerschap te stimuleren - ziet zij dat makers van het mbo met hun vakmanschap ideeën en mensen kunnen verbinden. ‘Mbo’ers kunnen werken als een soort smeerolie in de maatschappij.’ Ze signaleert ook dat deze studenten, wanneer ze van school komen, nog erg jong zijn en meer levenservaring en extra kennis moeten opdoen. Iets wat echter niet goed lukt via de hbo-leerroute. ‘Vijfenzeventig procent van de mbo’ers kunnen naar een hoger denkniveau, maar verlaten het hbo voortijdig omdat dit clasht met wat ze tot dan toe hebben geleerd.’ Wil kennis en maken bij elkaar komen in een zwerm, moeten we als sector bouwen aan nieuwe manieren van werken en leren. Waarin informeel professionaliseren een grotere rol speelt.


Wat wij als sector kunnen doen

De Council ziet hiervoor meerdere opties. Allereerst is er een rol voor een nieuwe meester-gezelconstructies. Hierbij zou het voordoen door de meester moeten worden ingewisseld voor coachend leren en co-creatie. De gezel draagt met zijn talenten bij aan een opdracht en vergroot onderweg het inzicht van zichzelf en de meester.

Ten tweede kunnen we op regionaal niveau meer met elkaar doen. Bedrijven, Centres of Expertise (hbo) en centra voor innovatief vakmanschap (mbo) zouden bij elkaar moeten komen rondom thema’s die voor iedereen belangrijk zijn. We zien dat al succesvol gebeuren rondom thema’s als design en duurzaamheid of smart cities.

Als derde kans zien we het vergroten van hybride leeromgevingen: fysieke plekken waar werken en leren samenkomen. Geen apart gebouw waar de opleiding wordt gevolgd, maar een opleiding ín een bedrijf. Zoals in het College Hotel in Amsterdam of de Duurzaamheidsfabriek in Dordrecht.

Voor wie zich afvraagt wat er morgen al kan worden gedaan: ‘Kijk eens kritisch naar de diversiteit binnen je eigen bedrijf’, zegt Jeroen van Erp, voorzitter van de Council en founder van ontwerpbureau Fabrique. ‘Ga naast de geijkte academies en universiteiten eens scouten op de examendagen van het mbo. Koppel je conceptuele denkers aan talentvolle maker-stagiairs. En als je nieuwe ontwerpers zoekt, begin dan eens met het bekijken van de mbo’ers bovenop de stapel.’

Dit artikel is ook verschenen in Adformatie.

tekst: Merijn Hillen

afbeeldingen: collectie Sjoerd Vroonland, foto’s sprekers (privé eigendom sprekers), tekening Joost Swarte